Bloedbeeld
Nagenoeg ieder lichaamsvocht of weefsel kan getest worden. Onderzoek naar bloed behoort tot de meest gebruikelijke methoden omdat het inzicht verschaft in de algemene gezondheid van iemand. Bloedonderzoek bij de patiënt vindt plaats om ziekten op te sporen, de mate van ernst van een aandoening te bepalen, chronische aandoeningen te volgen of de gevolgen van een behandeling te beoordelen.
Uitvoering van de bloedtest
Er zijn, wat betreft de samenstelling van het bloedmonster, drie soorten bloed om af te nemen (te prikken):
- Capillair bloed (uit de haarvaatjes van vingertop, oorlel)
- Veneus bloed (aderlijk bloed, meestal uit de ader van de elleboogplooi)
- Arterieel bloed (slagaderlijk bloed, meestal uit de liesslagader)
Capillair en veneus bloed wordt meestal door vaste prikkers (bloedafname assistenten) of door analisten afgenomen; arterieel bloed wordt altijd door een arts afgenomen.
Capillair en veneus bloed wordt gebruikt voor allerlei klinisch chemische, hematologische, immunologische en microbiologische bepalingen; het zuurstofrijke arteriële bloed wordt in enkele gevallen gebruikt voor klinisch chemisch onderzoek.
Verder wordt veneus bloed ook gebruikt voor onderzoek naar erfelijk materiaal (ten behoeve van onderzoek naar aangeboren aandoeningen).
Bij een keuring zal het meestal gaan om het afnemen van veneus bloed.
De uitslag
Het onderzoek vind plaats in een klinisch lab, dit lab zal de resultaten doorsturen naar de keuringsarts. Aangezien hier een week overheen kan gaan moet het bloedprikken ruim twee weken voor de eigenlijke keuringsdatum worden uitgevoerd. Het benodigde formulier kan worden aangevraagd via het contactformulier
De duur van het onderzoek: ongeveer 10 minuten (exclusief wachttijd)